• je beseft het net pas

    Verliefd op een jongen.

     

    Al op jonge leeftijd zijn jongens aantrekkelijker voor mij dan meisjes, maar mijn geloof en opvoeding liet me altijd denken dat het een experimentele gewaarwording was en

    waarschijnlijk bij iedere jongen van mijn leeftijd voorkwam.

    Op de technische school gaan de nodige ‘vieze’ boekjes rond en tijdens de busrit van en naar school kun je ze zelfs overnemen voor een bepaald bedrag, maar hoe zeer ik ook mijn best doe om de niets onthullende dames te bewonderen, ik zie er totaal geen leuks in, laat staan opwindendheid zoals bij enkele jongens bij wie je dat wel kon merken.

    Ik denk dat het wel overgaat en hou het er maar op dat het komt door de strenge godsdienstige opvoeding en dat het alleen maar voor heidenen is weggelegd om dit soort lectuur te lezen, althans, zo ver er iets te lezen valt, want over het algemeen zijn het foto’s van de dames in verschillende posities die niet te omschrijven zijn.

    De mannen die er bij stonden om deze zelfde dames te plezieren deden me toen niets, en dat kwam temeer omdat een man niet in de interessante hoek zat van de doelgroep die dit soort blaadjes leest dus er werd geheel geen aandacht gegeven aan het mannelijke geslacht, mocht dit wel het geval geweest zijn dan had ik reeds toen al geweten dat ik homoseksueel was.

     

    Je bent net veertien jaar en volkomen in de war door de hele hormonenhuishouding die op z’n kop staat, dus je geeft er geen sjoege aan of het nu interesse is voor de ontwikkeling van de volwassenheid in het algemeen of juist in die van een jongen in het bijzonder.

    Op de technische school is eerder sprake van een machogedrag die binnen bepaalde groepen sterk verdedigd dient te worden, dus zozeer een vriendje hebben waar je voor gaat is er niet echt bij, het is eerder een overlevingstechniek die je jezelf aanpast om binnen een groep te horen.

    Tijdens de lange pauzes ga je de stad in om te eten en te klieren, terwijl ik liever andere dingen gedaan zou hebben zoals naar een bib gaan of zo, of een film.

    Het bleef echter bij het kattenkwaad uithalen in de oude binnenstad, of doelloos rondhangen bij de fontein.

    Soms als er andere jongens voorbij kwamen keek ik er wel naar, maar tot een gesprek kwam het nooit.

    In de bus zat ik meestal alleen ergens in het midden, of met de groep uit ons dorp achterin waar alle nodige kwaad geschiede, waaronder de verhuur en verkoop van lectuur.

    Aan het einde van de derde klas is mijn resultaat van leren zo bedroevend laag dat ik er niet doorkom, ik moet van de technische school af, en omdat ik nog leerplichtig ben moet ik opzoek naar een andere school, of liever gezegd, m’n ouders want voor mij was het wel duidelijk dat leren niet mijn sterkste kant is, dus ik kan net zo goed gaan werken.

     

    Gelukkig kan mijn zwager die ook leraar is, een goed woordje doen bij een collega van hem op een andere school in een andere stad , anders zou ik zonder diploma mijn schoolperiode moeten beëindigen.

    Ik begin na een kleine test wederom in de derde klas van deze school en start hier een compleet nieuw leven, geen familie, geen bekenden, en, het voornaamste, een kleine school waar betere controle is, en een prettige sociale omgang tussen leerlingen onder elkaar en met de leraren.

    Het eerste waar ik enorm aan moest wennen was de meisjes in mijn klas.

    Tot nu toe had ik in een jongenswereld geleefd, jongens thuis, in het dorp, en jongens op school, hier echter was er sprake van zeker de helft meisjes in mijn klas.

    Bepaalde vakken waren alleen voor jongens, maar er waren vakken zoals dierhouderij en plantenkunde waar veel meisjes bij zaten die bijvoorbeeld later dierenarts wilde worden, of bloemist.

     

    Een week voor mijn verjaardag regel ik de verzekering voor de brommer bij een vriend van mijn vader, en op de dag van mijn verjaardag gaat een nieuwe wereld open, een mobiele wereld waardoor ik overal heen kan zonder de beperkingen van fiets en bus.

    Op de brommer naar school, op de brommer naar de stad, flirten met de brommer, nou ja, dat deden de andere jongens dus deed ik het ook, en op de brommer naar de nieuwe kroegen, te ver voor de fiets, nu onder handbereik.

    Een tiental kilometers van ons dorp is een uitgaansgelegenheid die de naam christelijk draagt om de een of andere reden.

    Waarschijnlijk heeft de eigenaar vroeger ooit een kerk vanbinnen gezien, want de uitgaansgelegenheid zelf is er eentje van de grootste heidense tenten die er zijn, als ik de dominees mag citeren.

    De bar is luidruchtig en de muziek hard, de mensen zijn snel dronken, en buiten lijkt een wedstrijd gaande wie zijn meisje, of welk ander meisje dan ook, tegen een auto kan bevredigen.

    Om twaalf uur gaat de bar dicht en dat is waarschijnlijk de enige reden waarom christelijk vaderland hun kinderen met een gerust hart naar deze hoerentent laat gaan.

    Niet dikwijls zet ik het op een zuipen en weet amper met de brommer thuis te komen over de alsmaar bewegende weggetjes tussen heen en weer gaande straatverlichting en bomen.

     

    Ik reed meestal met Wilco mijn klasgenootje, die vlakbij ons dorp in de stad woonde, naar school, hij op zijn stoere herenbrommer, ik op een oude puch met een hoog stuur die ik van mijn oom had gekocht.

    Mijn interesse naar jongens werd heviger naarmate ik ouder werd, en ik kon er dan ook niet meer omheen toen Wilco me vroeg of ik de plaat mooi vond, toen ik schijnbaar voor de zoveelste keer de etalage bekeek.

    In de etalage van een moderne winkel vlakbij de school, waar herenondergoed werd aangeprezen, zagen we een poster met wat net een nieuwe rage begon te worden, een man gefotografeerd in de betreffende slip, en ik kon er niet omheen de vraag van mijn vriendje met ja te beantwoorden

    ‘waarom vind je het mooi ?’ vraagt Wilco.

    ‘ik weet het niet, het wind me op’ en ik voelde warempel iets als een kriebeling in mijn onderbuik dat ik niet eerder ervaren had.

    Een simpele foto van een man in een katoenen onderbroek in de etalage van de bijenkorf deed me meer dan een heel boek van blote juffrouwen in allerlei standjes, en Wilco was meer dan gewoon een vriendje wat ik tot nu toe had gehad.

    De jongens in het dorp, de zoon van de boer, de andere jongens die meegingen naar de christelijke kroeg, ze waren allemaal in andere mate verbonden met mijn vriendschap als Wilco.

    Meerdere keren ben ik met Wilco mee naar zijn huis gegaan en kreeg daar thee en koekjes en wat vooral veel indruk maakte, aandacht en liefde !

    Ik werd omringd door een ouderlijke liefde en zag dat zijn ouders heel anders met hun kind omgingen dan mijn ouders bij mij.

    Er was altijd een reden om televisie te kijken, er werden geen donderpreken gegeven, geen vingers die opstaken in de lucht van wee je gebeente, en als de vader van Wilco een snipperdag had gingen we samen leuke dingen doen, naar het bos of zo, of klussen in de schuur, of knutselen aan de keukentafel, heel anders dan bij ons waar er kilometers kruishek in elkaar getimmerd moest worden, of op de vroege zaterdagochtenden al om zes uur naar het bos om hout te sjouwen voor de openhaard. 

    Hier in dit gezin werd er gevraagd naar school, of dat het moeilijk was, en als we er niet uit kwamen dan werden we geholpen door zijn ouders.

    Als ik thuis kwam uit school ging ik naar mijn kamer om te leren, als ik dat al deed, en sloot me af van de gezinsomstandigheden beneden in de huiskamers, en als ik niet naar mijn kamer ging dan was ik ergens bij de buren op de boerderij te vinden waar we door niemand werden gestoord en ik aan niemand hoefde te denken.

    Op mijn slaapkamer  was het altijd gezellig en ik was altijd in de weer om binnen de vier muren mijn eigen kleinen wereldje te bouwen die me geen verdriet deed.

    Bij Wilco thuis was het niet nodig om een gezellige slaapkamer te hebben, het was al gezellig in de huiskamer en vaak bleven we daar dan ook de hele middag hangen.

    Soms gingen we naar boven om naar muziek te luisteren, stripboeken te lezen, of gewoon te keuvelen en huiswerk te maken, maar vaak kwam daar niet veel van omdat we beiden nooit erg gemotiveerd waren om te studeren.

    Op een dag had Wilco een gids van een of andere postorderbedrijf mee naar boven gesmokkeld en samen hebben we toen naar de mooie lichamen van mannen gekeken, en we discuteerden over welke wel mooi waren en welke niet, en hoewel er niets geen bloot werd getoond dan alleen maar de torso’s van mannen die veel aan sport doen, deed het me meer dan welk andere foto ook.

    Vooral de toen net opkomende rage van nylon ondergoed en strand en sportkleding vond ik erg prikkelend en ik waagde me dan ook graag op weg naar het voetbalveld als Wilco me

    uitnodigde om naar een wedstrijd te komen kijken, ondanks het verbod van mijn ouders om naar voetballen te gaan, omdat dit een sport was voor heidenen.

    Hoe verbaasd waren we toen mijn zus verkering kreeg met een sportieve jongen die dol op voetballen was, en volgens mij de eerste was die een voetbal mee nam naar ons huis, niet eerder had er een bal in onze tuin gerold, en weldra speelden we het heidense spel in de wei achter het huis.

    De aantrekkingskracht van Wilco in een sportbroekje daarentegen was sterker dan welk een verbod ook van mijn ouders, en als hij toen gewild zou hebben dat ik mee zou voetballen in de club, ik het zeker gedaan zou hebben, en de slaapkamer van Wilco bestuderen we de doodeenvoudige magazines van de postorderbedrijven en omschrijven we onze fantasieën omtrent de mannen op de plaatjes.

    Niet eenmaal hebben we samen iets gedaan dat de Heer verboden zou hebben alhoewel ik duidelijk verliefd was op Wilco, ook al realiseer ik me wel dat de huiselijke sfeer er ook goed aan deed om van Wilco te houden, daar hij alles had wat ik zo miste, liefde.

     

    Zonder dat ik er zelf erg in heb begin ik en dubbelleven te ontwikkelen, thuis gewoon de jongen die alle dingen doet of niet doet die gewoon zijn, en op school en buiten het dorp ontwikkel ik me als een jongen met meer humor, vrijer van geest, en zonder leugens.

    Menigmaal moet ik me met leugens bevrijde uit situaties wanneer er bijvoorbeeld gepraat wordt over meisjes.

    Soms heb ik en vriendinnetje maar nooit is het zo goed aan als bij mijn broers dat we er al echt mee voor de dag komen, meestal is het meisje me een last aan m’n been.

     

    Ik neem na twee jaar afscheid van school, alsmede van Wilco en ik ben ondertussen tot de schokkende conclusie gekomen dat ik nu al twee jaar verliefd ben op hem, en begin me af te vragen of dit normaal is, maar als ik goed nadenk realiseer ik me dat niemand in de familie echte vrienden heeft en ik wel, dus vriendschap hoeft niet per definitie homoseksualiteit te zijn.

    Na de school wil ik gaan werken, ik ben het leren beu en wil geld gaan verdienen, veel geld vooral.

    Ik schrijf op een advertentie voor werk op een boerderij ver weg van huis en  krijg kort daarop antwoord of en wanneer ik kan komen voor een gesprek.

    Volgens de advertentie in de krant is het een leuke baan en wat mij vooral aanspreekt is de behuizing voor de knecht.

    Ik zou op de boerderij komen te wonen, en zie, geheel terecht de vrijheid en losmakelijkheid voor me die naar me blinkt in een gouden zonneschijn, snel zal ik een zelfde huis hebben als Wilco.


  • Commentaires

    Aucun commentaire pour le moment

    Suivre le flux RSS des commentaires


    Ajouter un commentaire

    Nom / Pseudo :

    E-mail (facultatif) :

    Site Web (facultatif) :

    Commentaire :